Sherry is een wijn met een beschermde herkomstbenaming en mag alleen uit het zuidelijkste deel van het Spaanse Andalusië komen. Dit sherrygebied wordt officieel aangeduid met DO Jerez (Xérès) Sherry y Manzanilla. De streek vormt op de kaart een uitgestrekte driehoek, tussen Sevilla en Cádiz. Het is een prachtig gebied met pittoreske witte dorpjes, glooiende wijngaarden, schitterende paleizen en een uitbundig straatleven.
Sherrysteden
Landinwaarts, in het hart van de streek, ligt de stad Jerez de la Frontera. Hier komt ook de naam van de wijn vandaan. Sherry is namelijk de Engelse verbastering van Sherris, de oude Moorse naam voor Jerez. In het oude Moorse centrum van de stad zijn veel bodega’s gevestigd. In de tapasbars worden de heerlijkste hapjes geserveerd, onder het genot van een glaasje sherry. Ook in de vissersplaats Sanlúcar de Barrameda vind je veel bodega’s. Het plaatsje is beroemd om de productie van de speciale sherrysoort manzanilla. De 3e belangrijke sherryplaats is de havenstad El Puerto de Santa Maria. Hiervandaan worden de sherry’s al honderden jaren verscheept.
Hitte, westenwind en albariza
De sherrystreek is om 2 redenen bijzonder geschikt voor de productie van deze speciale wijn. Ten eerste is het klimaat is zeer gunstig voor de groei van de druiven. In de zomer wordt het erg heet, met verkoelende westenwinden vanuit zee.
De 2de reden is dat het gebied een bijzondere bodem heeft, de zogeheten albariza. Deze is oogverblindend wit van kleur en heel kalkrijk. Daardoor ontwikkelen de druiven een elegante smaak en aroma. De kalkbodem absorbeert het regenwater heel goed. Zo is er altijd een voorraadje water in de bodem aanwezig voor de wijnstokken, zelfs in de droge zomermaanden. De meeste druiven worden verbouwd op albariza. Daarnaast zijn er nog 2 andere grondsoorten: de barro (kleigrond) en de arena (zandgrond). Op deze 2 bodemsoorten groeit slechts een heel klein gedeelte van de druiven.
Druivenrassen
De palomino-druif is met 95% van de aanplant veruit de belangrijkste druif voor sherry. Daarnaast worden ook de muscat (in Spanje moscatel genaamd) en de Pedro Ximénez gebruikt. Deze 2 druivenrassen worden na de oogst vaak in de zon te drogen gelegd. Daardoor verdampt het water en neemt het suikergehalte toe. Van de ingedroogde druiven worden zoete wijnen gemaakt. Ze worden ook gebruikt om droge sherry’s iets zoeter te maken.